April 1814 verder zijn geweest als totaan de voorposten bij Valom, vanwaar dezelve onmiddelijk terug kwamen, terwijl de wagen met den afgezant, zijnde een officier der Marine, Gamin, hunne reis vervorderden. 20 Woensdag. Hedenmorgen ten 11½ ure werd er sterk van deze batterijen gevuurd op een Engelsche sloep, welke op de Eems zeilde en tegelijkertijd kwam 1 Parlementair van Appingedam in Farmsum. Ten 2½ ure ’snamiddags werd dit schieten hernieuwd op eenige gewapende manschappen, die tusschen Weiwert en hier in ’t land liepen en eenige geweerschoten deden. Ten 5 u. kwam een 2de Parlementair v. Appingedam en Farmsum. 21 Donderdag. Nadat de Maire onder den 16den dezer per missive door een Parlementair naar Appingedam had verzocht, dat de behoeftige lieden, de diaconie-armen, alsmede diegene, welke gebrek aan levensmiddelen hadden zoo van deze plaats als van Farmsum, aldaar mogten worden aangenomen en op een daarop ingekomen goedgunstig antwoord, vertrokken deze morgen van hier een getal van 95 personen, benevens de 8 turfscheepjes naar Appingedam, en heden nademiddag omstreeks 4 ure vertrok van hier een Parlementair naar de voorposten, welke spoedig daarop retourneerde. Vervolgens wenden zich heden vele inwoners deze vesting tot den commandant met verzoek om het eigenste genot als de inwoners van Farmsum, aan wien hij had togestaan om zich buiten gemeld dorp te begeven om op hunne akkers te werken, te mogen genieten, ’tgeen ons echter van de hand werd gewezen met de aanmerking, dat zulks niet eerder zoude geschieden als dat de Gezant van Parijs terugkwam. 22 Vrijdag. Heden niets voorgevallen als dezen nademiddag een Parlementair van Appingedan in Farmsum, welke benevens de dépêche een steenen pot en 2 pakjes medebragt; die pakjes zouden, zoo men hoort, inhouden: suiker tabak enz. en de pot boter, een en ander voor den commandant dezer plaats zijn. 23 Zaterdag. Heden voordemiddag viel er niets aanmerkingswaardigs voor. In den nademiddag omstreeks 4 ure kwam echter de voerman Balkema met zijn rijtuig hier terug, met voorkennis der beide commandanten, de heer Busch dezer plaats na 4 dagen, uithoofde eener ziekte zijner vrouw, in Holwier- (...)
|