Februari 1814 brandspuiten derwaarts, welke van geen effect konden zijn, daar de brand gelukkig vooraf reeds weder gestuit was. 8 Dinsdag. In den afgeloopen nacht hoorde men twee kanonstukken. Voor den middag kwam aan de voorpost een Parlementair van Appingedam, welke van daar door den Inspecteur der douanen Nimond in deszelfs rijtuig werd afgehaald en daarna weder ingeleid. - Des namiddags kwam weder een ander Parlementair van Appingedam, welke alhier op deszelfs paard geblinddoekt in- en uit werd geleid. Vervolgens bragt men de drie krijgsgevangenen van den 5den dezer op het prisonschip. 9 Woensdag. Hedenmorgen werd dezelfde Parlementair van gisteren alhier wederop op deszelfs paart geblinddoekt in- en uitgeleid. In den namiddag vertrok van hier een trompetter, geheel alléén totaan de voorposten der belegeraars en na eenige oogenblikken kwam dezelve hier wederom binnen. Vervolgens vertrok nog in den avond een Parlementair naar Appingedam, welke eerst des nachts ten twee ure terug kwam. 10 Donderdag. Wederom een Parlementair van de andere zijde, welke zijn depèches bij de voorposten aflangde en des avonds omstreeks 10 uur vertrok, en een van hier naar Appingedam, zijnde de sous-Inspecteur der douanen, Turck, met vijf man, welke laatsten met een los paard aan de hand weder terug kwamen en berigtten dat de Inspecteur Turck met een chais verder naar Groningen naar den Generaal was gegaan. 11 Vrijdag des middags omstreeks vier ure kwam Turck hier weder terug, die, zoo het scheen, de tijding mede bragt, dat de geëntameerde onderhandeling tot een wapenstilstand ten eenen male was afgebroken, dewijl een uur na zijn terugkomst tot des avonds 8 uur sterk van deze wallen geschoten werd. - Daarna hoorde men ook in alle omliggende dorpen de klokken luiden. 12 Zaterdag. Met het aanbrengen van den dag deden ca.200 man een uitval met intentie om de vernagelde stukken van de batterij bij de wed.T.P.Naat te halen; doch aldaar komende vonden zij niets dan enige boeren-eggen, waarvan zij een gedeelte hier binnenbragten; maar door deze mislukking hunne kwaadaardige woede niet voldaan zijde en door een zucht tot moorden, plunderen en branden aangespoord, rukte omstreeks 10 ure in den morgen een bende van 4 à 500 man voor de tweede keer uit, zich rigtende naar de dorpen ten zuiden van Delfzijl. Kort daarop hoorde men een hevig musketvuur bij het dorp Weiwert, waarna het de Franschen gelukte in gemeld dorp te komen en 16 krijgsgevangenen te maken, zijnde alle van de Hollandsche Landwehr, welke (...)
|