vorige

Index

Dagboek "Het Beleg van Delfzijl"

8 November 1813 - 4 mei 1814
door Pieter Jan Vos


Pagina 15


forward

 

Februari 1814

oorlog behandigden en geen uur daarna zag men reeds een aantal werklieden naar buiten gaan om de schuur af te breken, waarvan al het hout hier binnen gevoerd werd. Ook deserteerde hedenmorgen een boerenjongen met zijn paarden en wagen. Des namiddags maakte men een sterk kanonvuur van de wallen op de batterijen te Tuikwert, alwaar men ook niet lang stil zat, maar hunne schoten met 24-ponders beantwoordde. Twee van dezelve kogels kwamen in den wal, 1 door het dak der schuur van de Wed. Roelfzema en vervolgens nog door een dikke muur in de snikstal, 1 in den tuin van neef Vos, welke door de planketting vloog tot voor de gevel van het huis van de wed. E.Hayes, 1 in den tuin van mijn buurman J.S.de Vries, 1 in den tuin van B.Moorlach, 8 à 10 voet in den grond, 1 door de schoorsteen van her arsenaal en door de muur op de turfzolder van L.Stratingh, 1 in het huis van Eppo Bakker in de Waterstraat en verscheidene in de haven en over Delfzijl.

2 Woensdag. Wederom als gisteren van weerszijden een hevige kanonnade, beginnende men thans van de andere zijden van twee batterijen, de eene te Tuikwert en de andere op den dijk bij het huis van de wed. Trijntje P.Naat en vielen een aantal 24-£ kogels op de volgende plaatsen: 1 in den tuin van mijn buurman J.S.de Vries, 1 door het huis van Tauwel D.Bos, het dak van den Maire, de stal van W.Smith en tegen de muur van het huis van A.Wildervank, 1 in de snikstalgang alwaar dezelve de dragerskar verbrijzelde, 1 in het huis van J.v.d. Broek op de Molenberg, gaande de eene buitenmuur, door 2 bedsteden met beddegoed en stroo en zoo de andere muur uit en 1 tegen de molen en nog verscheidene in de wal en onderscheidene tuinen.

3 Donderdag des nachts ten 1 ure werd er wederom heving geschoten van deze wallen langs den dijk benoorden Delfzijl op de batterij bij het huis van de wed. Naat, welke kanonnade bijna zonder ophouden den geheelen dag voortduurde. Ook beantwoordde men dit schieten van genoemde batterij, waardoor wederom eenige kogels in deze forteresse vielen en huizen enz. beschadigden. Vervolgens ging de commandant met een beschonken hoofd, vergezeld van eenige gens-d’armes te paard, in volle galop het fort uit, teneinde, zoo het scheen, eene ontdekking op voornoemde batterij te willen doen, maar tot op de hoogte van de afgebrande boerenplaats van Pieter Jacobs komende, werden zij zoo onverwacht van gemelde boerderij gesoclueerd, dat weldra een der gens-d’armes het hoofd werd afgeschoten, waarop zij allen het hazenpad kozen, het lijk van voornoemden gens-d’armes mede hier binnen brengende, hetgeen den volgenden dag begraven werd.


Gebruik s.v.p. het contactformulier voor vragen en opmerkingen Pagina 17
Scan(s): 18